Recentelijk heeft de Rotterdamse voorzieningenrechter een uitspraak gedaan over wat een aanbestedende dienst dient mede te delen over het resultaat van een aanbesteding. Specifiek betreft het dan de gunning bij een ‘laagste prijs’ aanbesteding.
De voorzieningenrechter heeft aangegeven dat de geboden prijs van de winnaar, maar ook de ranking van de andere mededingers en hun geboden prijzen, niet medegedeeld hoeven te worden.
Rekening houdende met een balans tussen bescherming van bedrijfsvertrouwelijke informatie en effectieve rechtsbescherming , is het voldoende dat de verliezers weten dat zij niet de laagste prijs hebben geboden.
Deze uitspraak is in lijn met een eerder arrest van het Gerechtshof Den Haag uit 2017, die een rechtszaak behandelde over een aanbesteding tussen de gerechtsdeurwaarderskantoren en de Staat der Nederlanden.
Maar een tegenovergesteld vonnis werd gewezen door de Rechtbank te Arnhem.
U ziet maar, rechtbanken zijn het in voorkomende gevallen zelfs grondig met elkaar oneens. Daarom geeft een arrest van een Gerechtshof meer duidelijkheid en richting.
Geplaatst 09-10-2018