Een inspecteur van de belastingdienst dacht toch recentelijk van niet. De gedachte had bij hem postgevat omdat hij bij het wandelen een bouwterrein zag die toch aardig was overwoekerd, niet onderhouden en waarschijnlijk was het dan ook wel zo dat de verleende bouwvergunning was verlopen. Dat kon toch niet anders!
Het toeval wilde dat de eigenaar bij de inspecteur een teruggaveverzoek voor de BTW had ingediend. Deze weigerde de inspecteur want, hij wist wel beter. Na 10 jaar niets doen op het terrein was een BTW teruggave helemaal niet van toepassing.
De eigenaar toog naar de rechter van de rechtbank, maar die gaf nul op het rekest van de eigenaar. De eigenaar diende maar te bewijzen dat er op het moment van levering (10 jaar geleden!) voor het perceel grond toch echt wel bouwplannen waren.
De eigenaar keerde zich moedeloos maar tot het Gerechtshof en die vond gelukkig dat de redenering van de inspecteur kant noch wal raakte en ook de uitspraak van de rechtbank sneed geen hout. Het was volgens het Gerechtshof juist andersom. De inspecteur diende ‘beyond reasonable doubt’ te bewijzen dat de eigenaar géén plannen had om de grond te bebouwen. Dat kon de inspecteur natuurlijk niet, nog los van de omstandigheid dat van de overwegingen van de inspecteur geen spaan heel bleef.
Dus: de eigenaar kreeg toch de BTW uitbetaald.
Eind goed al goed, maar zeker is ook dat inspecteurs niet buiten moeten gaan wandelen!
Geplaatst 19-07-2019