Wellicht kent u de omstandigheid wel. U leest over een vergunningsprocedure en dat u bezwaar kunt maken (bij de gemeente/provincie) en beroep kunt instellen (bij de rechter). Dat wilt u ook graag, want het blijkt dat de gevolgen van de voorgenomen vergunning u zelf zullen raken.
IJverig als u bent kijkt u naar uw mogelijkheden. Maar helaas, het blijkt dat de termijn voor het instellen van bezwaar is verstreken. En dan kunt u in Nederland ook niet meer in beroep bij de rechter, op grond van artikel 6:13 van Algemene Wet Bestuursrecht.
Recentelijk is over deze consequentie aan het Hof van Justitie van de Europese Unie een vraag gesteld. Kort gezegd was de vraag: Is dit wel correct, mag dit ‘verbod’ eigenlijk wel. De Advocaat Generaal (AG) van het Hof heeft onderzoek gedaan, heeft daarbij met name een drietal arresten geraadpleegd en is uitgekomen bij het verdrag van Aarhus.
Op grond van zijn onderzoek heeft de AG het volgende geconcludeerd. Omdat de consequentie van het verbod is dat het bestuurlijk bezwaar wordt gekoppeld een het gerechtelijk beroep wordt een aparte rechtsgang via de rechter gefrustreerd. En juist die laatste rechtsgang dient er te allen tijde voor een burger te zijn. Het advies van de AG is dan ook dat de Nederlandse regeling in de Algemene Wet Bestuursrecht (het bewuste artikel 6:13 Awb) niet van toepassing wordt verklaard, omdat deze met het Europese recht strijdig is.
Wij zijn benieuwd of het Gerecht van de Europese Unie het advies van de AG overneemt. Doet zij dat dan ontstaat een hele nieuwe situatie voor Nederland, maar met name voor u als rechtzoekende!
Wij wachten met u in spanning het verdict af.
Geplaatst 27-7-2020